Leiderschap: veiligheid, verbondenheid, autonomie, zelfwaardering, zelfexpressie, grenzen

Laatst mocht ik aan een groep managers een workshop geven over leiderschap. Na een uur betrapte ik mijzelf erop dat ik het verhaal onnodig ingewikkeld maakte met stijlen, persoonskenmerken, etc. Het werd een andere workshop toen ik leiderschap plaatste in de context van kinderen opvoeden.

We weten uit onderzoek dat leiderschap ertoe doet, maar daarna is het minder duidelijk wat nu echt het verschil maakt. Moet ik als leider nu coach, taakgericht, ondernemend, participatief, visionair of een combinatie zijn. Het eerlijke antwoord is dat leiderschap situationeel en context bepaald is. Maar als we leiderschap nu eens zouden invullen vanuit de kernbehoeften van een kind?

Vanuit dat perspectief leiderschap bezien, praten we dan over:

Wat opvalt is dat deze kernbehoeften nauw aansluiten bij de inzichten van Jim Collins die aantoonde dat succesvolle organisaties hoog scoren op de cultuurwaarden: mensen (teamgericht, ruimte geven), prestaties (doelen), innovatie (creativiteit en innovatie krijgt de ruimte) en stabiliteit (stabiele kaders, grenzen). Het topmanagement fungeert daarbij als aanjager van deze gecombineerde cultuur. Het middenkader zorgt voor de implementatie ervan.

Tips

Origineel weergeven